Aan de slag met een groene gevel

Doe-het-zelf 

Kies een klimplant: 

1. Zelfhechtende soorten

Deze soorten hebben zuignapjes of hechtworteltjes. Voorbeelden zijn de klimhortensia en de klimop. Let op dat het gevelwerk in orde is: ‘zelfklimmers’ kunnen scheuren verergeren. 

2. Slingerplanten (winders)

De hoofdstengels of zijstengels van deze soorten winden zich, op zoek naar licht, om andere planten, draden of andere hulpstukken. Zij hebben dus altijd een ‘klimhulp’ nodig. De blauwe regen is een mooi voorbeeld. 

3. Rankers

Rankers hebben specifieke draadvormige orgaantjes die zich om de klimhulp winden. Ook deze planten hebben een klimhulp nodig. Voorbeelden van rankers zijn de druif, wilde wingerd en de clematis. 

4. Enteraars (steunklimmers)

Enteraars zijn voorzien van doornen en haakjes waarmee de plant op de klimhulp rust. Klimrozen en winterjasmijn zijn voorbeelden van enteraars. 

Meer inspiratie en tips nodig over groene gevels en klimplanten? Neem een kijkje in de Klimplantengids van gemeente Amsterdam. 

Schematische doorsnedes van drie verschillende groene gevelsystemen. ©Atelier GROENBLAUW

Tips 

• Kies planten met een groeihoogte die bij de gevel of schutting past; 
• Kijk bij het kiezen van klimplanten ook naar de oriëntatie en hoeveelheid zon in de tuin of op de gevel; 
• Snoei regelmatig en houd ventilatieopeningen en ramen vrij; 
• Door klimplanten op een pergola te laten groeien creëer je een fijne, beschutte plek in de tuin in de zomer; 
• Rekjes met klimplanten boven de ramen kunnen dienen als zonwering. 

Groene gevel niet mogelijk 

Is een begroeide gevel geen optie? Denk dan ook aan kleur en materiaal. Lichtgekleurde gevels reflecteren meer zonlicht, waardoor de gevel minder warmte opneemt. En materialen met minder massa, zoals hout houden minder warmte vast. Daardoor blijft de gevel en de directe omgeving koeler. 

De gemeente Amsterdam verstrekt subsidies voor groene daken en gevels. 

 

Klik hier om terug te gaan naar de groene gevel tips pagina.