Dwarsdoorsnede van het werking van het rioolstelsel Amsterdam Weerproof

Hoe Weerproof is ons riool?

Meestal wordt afval- en regenwater probleemloos afgevoerd. Maar na een extreme regenbui kan het riool overbelast raken en het water op straat of in huizen lopen. Hoe Weerproof is ons rioolsysteem eigenlijk?

Wist je dat Amsterdam sinds 1910 een rioolsysteem heeft, maar dat Amsterdamse grachtenhuizen nog tot ver in de 20e eeuw hun afvalwater direct in de gracht loosden? Pas in 1985 waren alle huizen in de binnenstad aangesloten op het riool.

We zitten op een zonovergoten terras aan de Bellamystraat in Oud-West, het is het jaar 2015. Thomas Staverman van Waternet legt uit hoe ons rioolstelsel ontstaan is en hoe toekomstbestendig het is.

“In de 19e eeuw was het nog een stinkende boel”

 

Weinig ruimte in de grond

Amsterdam heeft twee type rioolstelsels: een gemengd en een gescheiden stelsel. In de binnenstad van Amsterdam ligt een gemengd rioolsysteem onder de grond. Dat betekent dat het regenwater en het afvalwater dezelfde buis inlopen. Het vervuilde water wordt vervolgens naar Westpoort gepompt om daar gezuiverd te worden.

 

“Er is weinig ruimte in de grond”

 

“Het zou beter zijn als je het relatief schone regenwater opvangt in een aparte regenwaterbuis en de gracht in kan laten lopen, maar in de binnenstad is daar gewoon geen ruimte voor onder de grond” zegt Thomas.

Een deel van het regenwater dat in het centrum op straat valt, loopt overigens wel af in de grachten. Dat kan omdat de straten en huizen in het centrum boven het waterpeil van de grachten staan, en water via de straat de gracht in kan lopen.

In de nieuwere delen van Amsterdam ligt wel een gescheiden rioolstelsel. Vanuit elk gebouw wordt het water via twee buizen afgevoerd, een buis voor afvalwater en een buis voor regenwater.

 

Verschil in hoogte

Niet alle Amsterdamse straten liggen boven het waterpeil van de grachten. Vanaf het terras wijst Thomas de Bellamystraat in. Die loopt vanaf de Ten Katestraat tot aan de Kostverlorenvaart. “Het midden van de Bellamystraat ligt een halve meter onder het waterpeil. Als het hard regent stroomt het regenwater naar dit laagste punt toe en, staat de straat blank.”

Dat hoogteverschil heeft een historische verklaring. Wat nu Oud-West is, heette vroeger Nieuwer-Amstel. Met de uitbreiding van Amsterdam in de laat 19e eeuw werd een groot deel van deze gemeente opgeslokt. De landbouwgrond werd volgebouwd, de oude slootjes gedempt en tot straten gemaakt. Maar op sommige plekken werd de grond niet eerst opgehoogd, zoals in het centrum van Amsterdam, omdat het deels bebouwd was.

 

“Het zijn eigenlijk polders zonder sloten”

Dit geldt bijvoorbeeld voor delen van Oud-West, de Baarsjes en Oud-Zuid. “Het zijn eigenlijk polders zonder sloten,” zegt Thomas. Het water kan nergens heen en blijft op straat staan als het erg hard regent. Dit zijn dan ook de plekken waar de meeste wateroverlast plaats vindt.

Ook stadsparken als het Vondelpark, het Sarphatipark en het Oosterpark liggen tot wel bijna twee meter onder het grachtwaterpeil. Op deze laag gelegen plekken is meer wateroverlast als het hard regent. Daarom heeft het Vondelpark een watersysteem van grindkisten, een ondergrondse damwand, wadi’s en een waterdoorlatend voetpad.

 

Dicht bebouwd Amsterdam

In de dichtbebouwde vroeg 20e-eeuwse wijken, kan het water maar moeilijk weglopen. Daarom is er in het verleden achter sommige huizenblokken één drainagesysteem onder meerdere achtertuinen gelegd. Vaak zijn bewoners daar niet eens van op de hoogte, terwijl ze er wel verantwoordelijk voor zijn. Ze merken het pas als de tuinen onder water staan, en het drainagesysteem vervangen moet worden. “Dat is soms erg lastig,” zegt Thomas, “want dan moeten alle betrokken huiseigenaren in een keer hun achtertuin overhoop halen.”

In de naoorlogse wijken loopt regenwater al een stuk beter weg. Vanaf de jaren vijftig is de gemeente Amsterdam op grote schaal gescheiden riolen

gaan aanleggen, met aparte buizen voor afvalwater en regenwater. Het regenwater kan dan direct via de buis naar een sloot of gracht geleid worden.

 

“Over het algemeen geldt: hoe nieuwer de wijk, hoe beter die ontworpen is op hevige regenval”

 

De Bijlmermeer is bijvoorbeeld ook een oude polder, maar daar is veel meer groen en water aangelegd waar het regenwater in weg kan lopen, en zijn van meet af aan gescheiden riolen geplaatst.

Onoplosbare problemen oplossen

Dat de Bellamybuurt zo laag ligt, is een onoplosbaar probleem. Toch zijn er oplossingen. Zo is in hoger gelegen delen van de buurt een extra rioolbuis aangelegd. De straten zijn heringericht, waardoor water minder snel voor overlast zorgt. En er zijn tegels gewipt. Als we Thomas Staverman in 2024 opnieuw spreken, toont hij op Google Maps twee foto’s van de Bellamystraat. Op een foto uit 2015 zie je een compleet betegelde hoek. Op een foto uit 2024 zie je dat de tegels zijn verwijderd. Het hoekje is nu een infiltratieveld, een plek waar water kan wegzakken.

Niet alleen de Bellamybuurt is opgeknapt, ook de Rivierenbuurt is voorbereid op zware regen, hitte en droogte. In de buurt zijn meer dan tien tennisvelden aan groen gekomen, waaronder zestien extra bomen en zes wadi’s. Maar ook acht kilometer nieuwe rioolbuizen en 600 m2 waterdoorlatende tegels en klinkers. En onder de trambaan van de Rooseveltlaan ligt een waterberging die is aangesloten op het riool.

Minder problemen met riolering

Sinds het eerste gesprek met Thomas in 2015, is het weer extremer geworden. Meer piekbuien, langere periodes van droogte. De gemeente is zich hier ook bewust van. De rioolkenner geeft een voorbeeld.

“Bij een huis wordt de buitenkant vaak door een ander ontwerpen dan de binnenkant. Zo werkt het ook met ondergrond en bovengrond. De een ontwerpt de bestrating, de ander de riolering. Dat levert nogal eens problemen op. Daarom stemmen we de ontwerpen nu beter op elkaar af.

Door alle aanpassingen in Amsterdam ging het tijdens de natte herfst en winter van 2023 goed,” zegt Thomas. “Als je door de stad fietste, zag je

wel grote plassen, maar er waren geen problemen met de riolering. In Durgerdam waren wel ondergelopen kelders, in het centrum niet of nauwelijks.”

Een Weerproof toekomst

In oudere buurten wordt, waar mogelijk, nu ook gescheiden riolen aangelegd. Toch kan het rioolsysteem maar een bepaalde hoeveelheid water tegelijkertijd verwerken. “Overal nog grotere rioolbuizen aanleggen is geen optie,” zegt Thomas. “Daar is niet genoeg ruimte voor onder de grond, het zou voor veel overlast zorgen, en het is niet kostenefficiënt.”

Daarom zal er altijd kans zijn op overlast van water op straat bij heftige regenval. Hoe kunnen we hier toch op voorbereid zijn? Door slim om te gaan met water: tegels wippen waar het kan, meer groen en minder water naar de riolering.